Inpakken en wegwezen, maar check wel even je auto

Spullen inpakken en wegwezen. Maar wat is handig om vooraf even aan je auto te checken en hoe rij je veilig door het bevroren berglandschap? Tien tips om met de auto sneeuwzeker, winterproof en ijsvrij op pad te zijn.

Woord – MVD Media | Beeld – seb jam

1. Bevroren ruiten

Gewoon ellendig krabben! Gebruik geen emmer warm water om het proces te versnellen, daardoor kan de vooruit barsten. Tik eventuele bevroren ruitenwissers los met de krabber en zijn je ruitensproeiers bevroren? Vul het reservoir dan aan met warm water zodat het ijs smelt. Vergeet het daarna niet te vullen met een antivries.

2. Parkeren

Het is beter om de auto in zijn versnelling te laten staan, in plaats van de handrem flink aan te trekken. De handrem kan namelijk vastvriezen. Is dat het geval, dan kun je de handrem nog net iets verder proberen op te trekken, zodat het ijs enigszins breekt. Werkt ook dat niet, dan zal je moeten wachten totdat de auto opgewarmd is.

3. Vastgevroren deuren Is je deur vastgevroren?

Duw de deur dan eerst flink aan, zodat het ijs kan breken. Wil je het liever voorkomen, vet dan vooraf de rubbers in.

4. Noodstop bij gladheid

Bij een noodstop op een gladde weg wil je dat het ABS (antiblokkeersysteem) optimaal functioneert. Ga dus niet steeds ‘pompend’ remmen, want ABS werkt alleen als je de remdruk hoog houdt. Trap in dat geval zowel je rem als je koppeling hard in. ABS zorgt ervoor dat je wielen doordraaien (anti-blokkeren dus) en daardoor kun je blijven doorsturen. Soms kun je beter gewoon je gas loslaten om vaart te minderen, in een bocht bijvoorbeeld.

5. Condens

Zorg voor vetvrije ruiten, dat voorkomt dat de ramen beslaan. Of gebruik de airco (zolang deze werkt). In koude lucht zit namelijk minder vocht, waardoor de kans op condens stukken kleiner is.

6. Voorbereiding

Is het 7°C of kouder? Rijd dan met winterbanden. De remweg wordt dan gehalveerd! Controleer de ruitenwissers en de antivriesvloeistof, check de accu, de koelvloeistof, denk aan slotontdooier (maar bewaar die niet ín de auto), leg een krabber en een deken achterin, vergeet de sneeuwkettingen (plus een paar oude handschoenen om ze te leggen) niet en neem voor de zekerheid een schep mee om de auto uit te kunnen graven.

7. Starten

Het meest voorkomende probleem is een lege of zwakke accu. Maar liefst 90% van de pechgevallen wordt hierdoor veroorzaakt. De levensduur van een accu bedraagt gemiddeld vier jaar. Indien je de auto start, controleer dan van te voren dat alle overige elektrische verbruikers als verlichting, achterruitverwarming, radio, navigatie en airco uitgeschakeld staan. Stationair draaiend warmt de motor nauwelijks op. De motorolie is bij lage temperaturen nog dik en koud en omdat er niet voldoende oliedruk kan worden opgebouwd in de motor, wordt de olie niet goed verspreid over de verschillende bewegende delen van de motor. Dat kan leiden tot motorschade. Start de motor gewoon als je weg wilt rijden, niet eerder. Niet alleen je auto, maar ook het milieu zal je dankbaar zijn.

8. Sneeuwvrij

Maak elke dag je auto sneeuwvrij om ijsvormingen ongelukken te voorkomen. Het kan een gevaar vormen voor jezelf of andere weggebruikers als het tijdens het rijden los komt. Bovendien kan smeltende sneeuw zorgen voor bevroren ruitensproeiers.

9. Wegrijden

Wil je wegrijden uit de sneeuw, zet de auto dan in de tweede versnelling. Geef niet teveel gas en laat de koppeling langzaam opkomen. Zo is de kans op doorslippen een stuk kleiner.

10. In de bergen

Laat de koppeling niet te abrupt opkomen als je terugschakelt, hierdoor kan je slippen. In de bergen rijd je omhoog en omlaag in dezelfde versnelling voor de meeste grip en rem op de motor voor minder snelle slijtage van de remblokken.

Dit is een artikel uit Taste Magazine #2 2015. Wil je alle artikelen lezen of mocht je dit nummer gemist hebben dan kun je deze uiteraard nog bestellen in onze webshop. Je kunt voor het gemak ook abonnee worden zodat alle uitgaven voortaan op je deurmat belanden.